Heb je wel eens van Snuffie gehoord? Nee? Dan zal ik gauw wat over hem vertellen. Snuffie is een klein dier met donkere kraaloogjes. Zijn snuffelneusje ruikt aan een lekker koolblaadje. Hij heeft een zacht velletje. Hij knort zachtjes als je hem over z’n kopje krabbelt. Dat vindt hij heel fijn. Weet je nu wie Snuffie is?
Een cavia is een echte goedzak. Een dier om mee te spelen. Hij zal je bijna nooit bijten. In het begin is hij een beetje schuw. Hij moet eerst aan je wennen. Maar al gauw stribbelt hij niet meer tegen. Dan wil hij best op je arm blijven zitten. Hij laat zich dan graag lekker knuffelen. Een cavia is een knaagdier. Zijn tandjes zijn lang en scherp. Het lijken wel beiteltjes. Hij moet wel knagen. Anders groeien zijn tanden steeds maar door. Op het laatst kan hij dan niet meer eten. Door te knagen slijten zijn tanden.
Aan zijn pootjes zitten scherpe nageltjes. Daarmee kan hij flink in de grond graven. Door dat graven slijten ook zijn nageltjes. Binnen in zijn hokje kan hij niet zoveel graven. Daarom moeten zijn nageltjes af en toe geknipt worden. Een cavia houdt van een ruim hok. Hij moet zo nu en dan een beetje kunnen rennen.
Hooi en stro vindt hij erg fijn. Daarin kan hij zich lekker verstoppen. Je moet het hok wel regelmatig schoonmaken. Want een cavia poept en plast overal. In de zomer vindt hij het buiten ook heel fijn. Maar van regen en tocht houdt hij niet. Een cavia lust graag vers fruit. Hij is dol op een lekker slablaadje. Je moet het fruit en de groente wel even afspoelen. Je kunt speciaal caviavoer kopen. Dat hebben ze nodig, omdat ze moeten knagen. Verder eten cavia’s graag gras en hooi. Elke dag moeten ze vers water hebben. Caviababy’s hebben de oogjes open, zodra ze geboren zijn. Ze hebben ook meteen tandjes en een zacht vachtje. En ze kunnen al direct lopen. Dat duurt bij mensenbaby’s wel een jaar! De eerste dagen drinken ze melk bij hun moeder. Daarna eten ze mee uit het bakje.